Samen geven we kleur tegen pesten. Samen is veel leuker dan alleen!

Beste ouders,

Naar aanleiding van de Vlaamse week tegen pesten, van 22 februari tot en met 1 maart, willen we als school nog eens nadrukkelijk pesten in het juiste perspectief brengen.
Gepest worden doet pijn en richt schade aan. De gevolgen kunnen tot lang na de kindertijd voelbaar zijn.
Een positief schoolklimaat is erg belangrijk om pesten te voorkomen en aan te pakken. Een schoolbrede aanpak biedt het meeste kans op succes, als iedereen op en rond de school meewerkt aan het welbevinden van de kinderen.
Ouders zijn waardevolle partners in alles wat het onderwijs van hun kinderen aangaat. Op onze website kan u een gratis handleiding vinden met handige tips om een actieve rol mee te spelen in het oplossen van pestproblematieken.
De tips gaan vooral over het versterken van kinderen zodat pesten geen kans krijgt of kan gestopt worden.
We hopen van harte dat we samen ‘als partners in opvoeding’ pestsituaties kunnen voorkomen en aanpakken.

Pesten

Wanneer één of meer kinderen een ander kind regelmatig en met opzet pijn doen, uitlachen, 
uitsluiten of op een andere manier lastigvallen spreken we van pesten. 
Kenmerken:

  • de pester is duidelijk de baas
  • de pester is sterker (fysiek of emotioneel) of ouder
  • andere kinderen kijken naar de pester op
  • sommige kinderen zijn bang van de pester
  • de pester wil iemand anders pijn doen
  • de pester stopt niet na de eerste keer
  • soms duurt het pesten weken of maanden lang
  • het gepeste kind weet niet goed wat hij/zij kan doen
  • het gepeste kind voelt zich alleen, verdrietig of bang
  • soms werd de pester vroeger zelf gepest

Plagen

Wanneer kinderen grapjes en streken met elkaar uithalen die niet kwetsend bedoeld zijn spreken we van plagen.

Kenmerken :

  • bij plagen is niemand de baas
  • plagen gebeurt onder vriendjes die elkaar niet echt pijn willen doen
  • ieder om de beurt plaagt de ander wel eens
  • niemand voelt zich bang of verdrietig
  • wanneer iemand het plagen niet meer leuk vindt, kan die gewoon vragen om te stoppen

Omstaanders

Niet iedereen is een pester of wordt gepest. In elke groep zijn er nog een heleboel andere kinderen.

We kunnen ze in vier groepen verdelen.

  • De meeloper doet mee met de pester. Hij/zij wil erbij horen. Vaak is de meeloper zelf bang om gepest te worden
  • De stille toeschouwer vindt het pesten fout en gemeen, maar durft niet reageren uit schrik om zelf gepest te worden
  • De helper neemt het op voor het gepeste kind. Soms durft hij/zij duidelijk reageren. Soms weet de helper ook niet goed wat te doen.
  • De buitenstander weet niet echt wat er in de groep gebeurt en maakt er zich geen zorgen over. Hij speelt meestal met andere vriendjes.

Praat erover !

Niemand wil gepest worden. Niemand vindt pesten leuk, dus je vindt zeker iemand die je zal begrijpen. Hoe langer je wacht om er over te praten, hoe langer de pester jou kan blijven lastig vallen. Dat wil je toch niet?

Enkele tips:

  • Je mag natuurlijk met een vriendje praten, maar zoek ook een volwassene.
  • Praat met iemand waarbij je een goed gevoel hebt: mama, papa, een ander familielid, de juf, de meester, …
  • Je hoeft je zeker niet te schamen. Het is niet jouw schuld dat je gepest wordt
  • Geloof dat grote mensen je willen helpen
  • Kies een rustig moment en zeg dat je iets wil vertellen dat een beetje moeilijk is.
  • Vraag de volwassene om niets te doen dat jij niet weet.
  • Als je liever met een buitenstaander praat, kan je bellen naar de Kinder- en jongerentelefoon via het gratis nummer 102.

Praten over pesten is niet klikken

Misschien heeft de pester je bang gemaakt door te zeggen dat je er met niemand mag over praten of … ? Op die manier stopt het pesten natuurlijk niet en kan niemand er iets aan doen. Dat wil je toch niet?

Wanneer je verdrietig bent of pijn hebt, moet je dat aan iemand vertellen. Dat is echt niet hetzelfde als klikken.

Deze twee voorbeelden tonen je het verschil:

  • Kaat zegt: “Ik ben bang en verdrietig, want enkele jongens lachen me uit met alles wat ik doe. De andere kinderen lachen dan gewoon mee. Elke morgen ben ik bang om naar school te gaan en soms heb ik nachtmerries…”
  • Pim zegt: “Meester, Zij hebben hun lege flesje op de grond gegooid, gisteren hebben ze hun tong uitgestoken, eergisteren hebben ze hun huiswerk niet gemaakt, en…”

Eén van deze twee kinderen klikt, de andere vraagt om hulp. Ik denk dat je wel weet wie.

Probeer op te komen voor jezelf

Als je gepest wordt is opkomen voor jezelf echt heel moeilijk, maar je kan de volgende tips misschien toch uitproberen. Bespreek ze ook met de volwassenen die je willen helpen. Zij kunnen misschien met jou oefenen. 
Schaam je niet als deze tips niet lukken, want onthoud goed: het is niet jouw schuld dat je gepest wordt

Enkele tips:

  • Probeer niet te tonen dat je bang bent, door rechtop te lopen en niet in een hoekje te gaan staan.
  • Probeer tegen de petster(s) te zeggen wat je niet leuk vindt, zonder daarbij boos te worden of te huilen.
  • Zoek andere kinderen op met wie je graag samen speelt. Samen zijn jullie waarschijnlijk sterker dan alleen.
  • Probeer te genieten van dingen die je graag doet (binnen of buiten de school). Zo kan je het pesten af en toe vergeten.
  • praat erover – zoals reeds hoger geschreven staat – want dat is echt opkomen voor jezelf!

Steun je vriendje

Maak je vriendje duidelijk dat hij of zij er niet alleen voorstaat.

Enkele tips:

  • vertel dat je het pesten niet goedkeurt
  • probeer samen leuke dingen te doen
  • moedig je vriendje aan om er met een volwassene over te praten
  • zeg tegen de pester(s) dat jij het pesten helemaal niet leuk vindt
  • probeer andere kinderen te overtuigen om niet mee te pesten of om te reageren

Zoek hulp

Als je echt heel bezorgd bent over je vriendje en je weet niet meer hoe je kan helpen, zoek dan een volwassene om er over te praten (binnen of buiten de school) Vertellen dat iemand zich verdrietig voelt, is niet hetzelfde als klikken. Onthoud dat je het enkel vertelt om te helpen.

  • Als je liever met een buitenstaander praat, kan je bellen naar de Kinder- en jongerentelefoon via het gratis nummer 102.

Durf- jij zelf wel eens pesten?

Of doe je mee met anderen? Probeer even na te denken waarom je dat doet. Misschien ben je zelf bang of verdrietig. Misschien werd je vroeger gepest. Pesten is voor niemand leuk, ook niet voor jou.

Enkele tips:

  • Als je bang of verdrietig of boos bent, is het een goed idee om daar met iemand over te praten.
  • Probeer te praten met iemand waarbij je een goed gevoel hebt: mama, papa, een ander familielid, de juf, de meester, …
  • Praten over pesten is niet gemakkelijk. Je kan vertellen wat er gebeurd is en wat je daarbij voelt.
  • Toegeven dat je soms pest, is echt heel moedig. Het kan een eerste stap zijn om ermee te stoppen.
  • Probeer ‘neen’ te zeggen wanneer anderen je vragen om mee te pesten of wanneer je dingen moet doen die je zelf niet wil.
  • Hulp vragen is niet hetzelfde als klikken.
  • Je kan ook praten met een buitenstaander.
  • Amuseren met vrienden is het leukste wat er is. Probeer daarvan te genieten en val anderen niet lastig!